Richtlijnen voor auteurs

Richtlijnen voor auteurs

Gentse geschiedenis schrijven we samen, maar ook Ghendtsche Tydinghen schrijven we samen. 

Heb je schrijfkriebels?

Ben je bezeten door Gent?

Stak je vele vele uren in een paper of eindwerk?

Was je oma betrokken bij de studentenrellen van maart ’69?

Kwam je overgrootvader naar Gent uit het Waasland of Emirdag?

Zat je in lang vervlogen tijden in de studio van Radio SIS?

Werkte je buurman in een nu vergeten bakelietfabriek?

Heb je oude foto’s van het cafetje van je oudtante? 

Wij willen het horen, wij willen het in Ghendtsche Tydinghen. 

Om in aanmerking te komen voor publicatie in GT moeten de bijdragen Gentse onderwerpen behandelen of er minstens stevig verband mee houden.

De artikelen zijn maximum 15 pagina’s lang (3000 à 5000 woorden). Langere bijdragen worden in overleg met de auteur(s) gesplitst. Deze verschijnen in opeenvolgende tijdschriftnummers. Vakjargon wordt vermeden of voldoende toegelicht. De redactie behoudt zich het recht voor de ingezonden bijdragen te bewerken. De wijzigingen worden steeds ter goedkeuring voorgelegd aan de auteur. Indien er binnen de veertien dagen geen reactie komt, wordt de auteur geacht ermee akkoord te gaan.

Teksten worden digitaal aangeleverd via internet/ftp of als bijlage bij een e-mail in Word van MS Office of Writer van LibreOffice. Geen lay-out-opties gebruiken buiten  vet  en  cursief.

De titel van het artikel wordt gevolgd door de naam van de auteur(s). De inleiding bevat de essentie van het artikel. Alinea´s springen niet in, maar worden door een witregel van elkaar gescheiden. Citaten komen cursief of tussen enkele aanhalingstekens; uitspraken of dialogen tussen dubbele haakjes. Een speciaal te beklemtonen woord, uitdrukking of benaming komt tussen enkele aanhalingstekens. Korte uitleg bij een woord kan tussen haakjes in de hoofdtekst. Titels van boeken of artikelen in de doorlopende tekst komen in cursief en zonder aanhalingstekens. Neem een GT nummertje als voorbeeld.

Illustraties worden niet verwerkt in de hoofdtekst, maar aangeleverd als scans minimaal 300 dpi via mail, of als foto´s in jpg of (bij voorkeur) tiff of, internet (https://www.wetransfer.com) of bij de redactie, die kan helpen bij het digitaliseren van foto´s op papier. Genummerde onderschriften bij eventuele illustraties volgen achteraan na de hoofdtekst en de noten. De nummers worden vermeld in de hoofdtekst op de geëigende plaatsen. Hetzelfde geldt voor grafieken, tabellen, muzieknotaties. De apart toegestuurde afb. dragen dezelfde nummers.

Uitleg, bronverwijzingen en referenties naar gepubliceerd werk kunnen in genummerde eindnoten opgenomen worden. In het artikel zelf komt een manueel ingetikt tussen haakjes geplaatst nootnummer. De redactie kan helpen bij de omzetting van automatisch genummerde noten naar doorlopende tekst. Bij langere of meerdelige bijdragen kunnen de noten aangevuld worden met een naar eerste auteursnaam alfabetisch opgemaakte literatuurlijst, eventueel ook met een aparte lijst van archiefbronnen. Bij de referenties worden achtereenvolgens vermeld: namen van de auteur(s) met initialen van voornamen, jaartal tussen haakjes, titel van artikel, naam van het tijdschrift (voluit en cursief), volume, p. en nummers van begin- en eindpagina. Bij boeken kan eventueel de volledige inhoud aangeduid worden met pp.

Iedere auteur krijgt twee exemplaren van het nummer waarin zijn/haar artikel verscheen.. Op verzoek wordt het artikel ook in PDF formaat toegestuurd. De auteurs worden verondersteld te aanvaarden dat hun bijdragen door de redactie in samenwerking met UGent op termijn gratis op het internet ter beschikking gesteld worden in het Open Access systeem (openjournals.ugent.be).